Spring naar content

Fiscaalvriendelijke oudedagsvoorziening opbouwen?

Het kabinet wil de fiscale oudedagsreserve (FOR) vanaf 2023 afschaffen. Dit heeft gevolgen voor zzp’ers en eigenaren van eenmanszaken, maar ook voor maten en firmanten in een samenwerkingsverband. Tijd om de balans op te maken en te bezien welke mogelijkheden bestaan om fiscaalvriendelijk een oudedagsvoorziening op te bouwen. Een al bestaande FOR biedt daarbij interessante mogelijkheden.

De FOR is een jaarlijkse fiscale aftrekpost van maximaal 9.632 euro (bedrag 2022) voor ondernemers en ZZP’ers. Het bedrag dat administratief aan de FOR wordt toegevoegd blijft binnen de onderneming aanwezig, zodat de liquiditeitspositie van de onderneming intact blijft. De keerzijde hiervan is dat de FOR géén gevuld spaarpotje is, maar bij pensionering bijna altijd een verborgen belastingschuld oplevert.

Afloop van de FOR bij pensionering

Vaak ontbreken bij pensionering zowel zakelijk als privé de benodigde liquide middelen om de FOR fiscaal neutraal af te wikkelen. Dat betekent dat de FOR geheel of gedeeltelijk belast wordt in het jaar van pensionering. Meestal gaat het daarbij om grote bedragen: wanneer u bijvoorbeeld 36.000 euro FOR-stand bij het overige inkomen optelt, bedraagt de inkomstenbelasting ruim 16.800 euro (tarief tweede schijf 2022 met 14% MKB-winstvrijstelling). De gepensioneerde ondernemer kan er natuurlijk ook voor kiezen om 36.000 euro in te leggen op een bankspaartegoed of op een lijfrentepolis: in dat geval is bij pensionering geen inkomstenbelasting verschuldigd over de FOR-stand.

Geen nieuwe FOR meer vanaf 2023

Volgens kabinetsplannen wordt de FOR vanaf 1 januari 2023 afgeschaft zodat in de toekomst verdere (fiscale) toevoeging niet meer mogelijk is. Deze afschaffing heeft geen directe gevolgen voor op 31 december 2022 bestaande FOR-reserves: deze blijven onder de thans bestaande regels intact. Vanaf 1 januari 2023 kunnen de zzp’er, de eigenaar van een eenmanszaak en de maten en firmanten in samenwerkingsverbanden voor een fiscaalvriendelijke oudedagsvoorziening enkel nog terecht bij de bank (bankspaarproducten) en de verzekeringsmaatschappij (lijfrenten).

Alternatieven voor oudedagsvoorziening vanaf 2023

Na afschaffing van de FOR is het voortaan niet meer mogelijk om fiscaalvriendelijk en zonder inleg van liquiditeiten binnen de onderneming een oudedagsvoorziening op te bouwen. Vanaf 2023 heeft de ondernemer de keuze uit drie alternatieven om een oudedagsvoorziening op te bouwen: via de bank of de verzekeringsmaatschappij (box 1), in privé (box 3) of zelfs via een spaar-BV (box 2). Alleen de variant via box 1 is fiscaal gefaciliteerd met belastingvrije vermogensopbouw tot de pensioendatum.

Oudedagsvoorziening voor de DGA

Niet alleen voor de ondernemer maar ook voor de DGA bestaan vanuit het verleden vaak tekorten in oudedagsvoorzieningen. Niet in alle gevallen is de DGA er immers in geslaagd om in de eigen BV een financiële reserve op te bouwen. Of was het niet mogelijk om de inleg op te brengen voor een persoonlijke pensioenpolis. Gelukkig heeft ook de DGA vaak vermogen in privé achter de hand om het inkomen aan te vullen, maar dat betekent bijna altijd interen op het vermogen!

Vast aanvullend pensioen is interessant

Vanuit inkomensperspectief is het voor ondernemers, zzp’ers en DGA’s verstandig om een fiscaalvriendelijke inkomensaanvulling op de AOW opzij te zetten. Denk daarbij aan een fiscaal optimale voorziening van zo’n 24.000 euro per jaar (cijfers 2022). Samen met de AOW-uitkering bedraagt het toekomstig box 1-inkomen ongeveer 35.000 euro per jaar bruto. Daarmee behaal jij als gepensioneerde ondernemer of DGA bijna altijd een belastingvoordeel (tariefvoordeel).

Houd zelf de regie over flexibele oudedagsvoorzieningen

Een hogere inkomensaanvulling is natuurlijk mogelijk, maar levert in de regel minder belastingvoordeel op. De ervaring leert bovendien dat u met een flexibele inkomensaanvulling beter inspeelt op fiscale ontwikkelingen dan met een voorziening waarin nauwelijks verandering mogelijk is. Voorbeelden van flexibele inkomensaanvulling zijn bank- en spaartegoeden en/of een effectenportefeuille en/of verhuurd vastgoed. De inkomensaanvullingen kunt u desgewenst in privé aanhouden of via een eigen (spaar-) BV.

ONDERNEMERSTIP: Bij pensionering zorgt een FOR vaak voor een onaangename verassing omdat deze bij het belastbare inkomen wordt geteld. Met een beroep de middelingsregeling kan de belasting over dit extra inkomensbestanddeel bijna altijd gematigd worden. Door een wetswijziging is middelen van inkomen niet meer mogelijk vanaf 2025. Bekijk daarom of een versnelde afbouw van de FOR in het tijdvak 2022 tot en met 2024 financieel haalbaar is: kies daarbij tussen inleg op een bankspaarproduct bij een bank of een lijfrente bij een verzekeringsmaatschappij, belasting betalen over (een gedeelte van) de FOR of een combinatie van beide.

DGA-TIP: Verzekeraars bieden de DGA vaak de mogelijkheid om een eigen pensioenregeling in te richten. Uiteraard zijn voorwaarden en kosten van toepassing, maar als DGA kan het raadzaam zijn om fiscaal aanvullend te sparen voor uw oudedag. Ook de gebruikelijke risicoverzekeringen (met name partnerpensioen en ANW-hiaatpensioen) kunt u in de pensioenregeling opnemen. Daarnaast bespaart de DGA de advies- en poliskosten van lijfrente- en bankspaarproducten in privé: de kosten van de pensioenregeling zijn voor rekening van de BV.

Heeft u een vraag het fiscaal vriendelijk opbouwen van jouw oudedagsvoorziening? Neem dan gerust contact op met Pieter Spooren. Hij adviseert u graag!