Fiscaal Blog
3 minuten lezen

BTW-regime voor e-commerce is herzien: wat betekent dat?

Niet alleen de Brexit had behoorlijk wat impact. Op 1 juli 2021 kregen we te maken met nóg een ingrijpende verandering binnen de EU: het nieuwe btw-regime voor de e-commerce werd van kracht. De nieuwe regels dwingen e-commerce en afstandsverkopers tot een volledige herziening van hun procedures. We lichten de veranderingen nader aan je toe.

De nieuwe e-commerceregeling is ingevoerd met het doel btw-fraude te bestrijden, grensoverschrijdende handel te vergemakkelijken en een eerlijke concurrentie voor bedrijven in de EU te waarborgen.

BTW op alle importzendingen

De invoervrijstelling voor kleine zendingen (tot € 22) is sinds 1 juli 2021 afgeschaft. In plaats daarvan is er een speciale invoerregeling voor verkoop op afstand van ingevoerde goederen (niet-accijnsgoederen) voor zendingen met een maximale intrinsieke waarde van € 150. Invoer btw op deze zendingen is niet meer verschuldigd op het moment van de fysieke invoer (binnenkomst in de EU), maar op het moment van aflevering bij de afnemer in de lidstaat van bestemming.

Met Import One Stop Shop (IOSS) als ‘eenloketsysteem’ kun je met één enkele btw-registratie je btw-verplichtingen regelen voor invoer naar alle EU-landen. In het kort de belangrijkste aandachtspunten:

  • Vraag een zogenaamd IOSS VAT-identificatienummer aan. Dit nummer moet je bij invoer op douanedocumenten vermelden.
  • De aangifte en betaling van de verschuldigde btw moet binnen een maand na het aangiftetijdvak van aflevering worden geregeld.
  • Alleen zendingen met een intrinsieke waarde van maximaal € 150 vallen onder de toepassing van de IOSS. Je kunt de intrinsieke waarde van een zending verminderden door de transport- en verzekeringskosten afzonderlijk op de factuur te vermelden.
  • De IOSS-administratie moet 10 jaar bewaard worden.
  • Er is een speciale regeling voor de import van goederen door postbedrijven, koeriersbedrijven en andere logistiek dienstverleners.

Mini One Stop Shop

Telecommunicatie-, omroep- en elektronische dienstverleners konden al vóór 1 juli 2021 hun btw aangeven en afdragen in alle EU-lidstaten, via de Mini One Stop Shop-aangifte. Deze regeling is sinds 1 juli 2021 uitgebreid. Voor alle B2C-diensten, afstandsverkopen binnen de EU en ook bepaalde binnenlandse leveringen van goederen kan deze uitgebreide One Stop Shop (OSS) worden gehanteerd.

Regeling afstandsverkopen vereenvoudigd

De landspecifieke drempels voor afstandsverkopen van goederen zijn per 1 juli 2021 afgeschaft en vervangen door één EU-brede drempel van € 10.000. Deze drempel geldt voor de afstandsverkopen van goederen en telecommunicatie, omroep en elektronische diensten samen. Voor transacties onder deze drempel is de btw verschuldigd in het land van de EU-leverancier. In alle andere gevallen is btw verschuldigd in het land waar de klant de prestatie ontvangt.

  • EU-leveranciers kunnen ervoor kiezen om de drempel van € 10.000 buiten toepassing te laten en direct de verschuldigde btw af te dragen in het land van de afnemer. Deze keuze geldt voor minimaal twee jaar.
  • Voor afstandsverkopen aan particulieren is het niet meer verplicht om een btw-factuur te verstrekken.
  • De OSS-administratie moet 10 jaar worden bewaard.

Hoe ziet het er in de praktijk uit? Een voorbeeld:

Een Nederlandse leverancier verkoopt in 2022 voor € 5.000 aan goederen aan Duitse particulieren en voor € 6.000 aan Luxemburgse particulieren. De goederen worden op verzoek van de leverancier vanuit Nederland thuisbezorgd bij de particulieren. Totaal aan afstandsverkopen is € 11.000. Het drempelbedrag van € 10.000 wordt dus overschreden.

Op verkopen aan Duitsland moet de leverancier vanaf het moment van overschrijding van het drempelbedrag van € 10.000 Duitse btw in rekening brengen. Vanaf datzelfde moment moet hij aan de Luxemburgse klanten Luxemburgse btw factureren. De verschuldigde Duitse en Luxemburgse btw dient hij aan te geven via het OSS-portal en moet hij afdragen aan de Nederlandse Belastingdienst. De Belastingdienst betaalt de btw vervolgens door aan Duitsland en Luxemburg.

Deze ‘vereenvoudiging’ leidt er dus toe dat een relatief kleine afstandsverkoper sinds 1 juli 2021 veel eerder dan voorheen btw is verschuldigd in het land van zijn afnemer en aldaar - via het OSS - voor de btw-afdracht moet zorgen. Een ingrijpende verandering, want tot 1 juli 2021 was het drempelbedrag voor Duitsland € 100.000 en ook voor Luxemburg € 100.000 (was samen dus zelfs € 200.000).

Online platforms en marktplaatsen zijn aansprakelijk voor btw.

Sinds 1 juli 2021 moeten exploitanten van elektronische interfaces (online platforms of marktplaatsen, hierna: online platforms) de btw betalen die verschuldigd is over goederen die zij via hun online platform verkopen. In geval van een levering via een online platform wordt de toeleverancier geacht te leveren aan het online platform; het online platform levert met de lokale btw aan de klant (van de toeleverancier). Het online platform is in principe verantwoordelijk voor de afdracht van de btw op laatstgenoemde levering als de transactie door het online platform wordt gefaciliteerd. De online platforms kunnen hierbij gebruik maken van de IOSS en OSS.

Heb je vragen over het btw-regime voor de e-commerce?

Neem dan contact op met btw-specialist Anton van Dijk


triangle dark triangle light